In Usuki, gelegen op Kyushu, het zuidelijke eiland van Japan, woonde ongeveer 1400 jaren geleden Mananochoja; het was een pure, zuivere miljonair. Hij was met recht miljonair, hij was niet alleen rijk, maar deed ook heel veel goede dingen met zijn geld, zoals een miljonair betaamt.
De werkelijke naam van Mananochoja is Kusakari Kogoro. Hij verdiende zijn geld met “Sumiyaki”, d.i. steenkool branden, was dus een doodgewone kolenboer c.q. kolenbrander. In Nara, de toenmalige hoofdstad van Japan, woonde prinses Tamatsu. Zij werd gekweld door een afschuwelijke huidziekte. Gehoorgevend aan het orakel van Nara, een openbaring gedaan door haar goddelijke begeleider, ging ze helemaal naar Kyushu om te trouwen met de door God gekozen man Kogoro, de steenkolenbrander. Haar teleurstelling was groot toen ze haar verloofde zag, in lompen gekleed en zijn gezicht zwart van de steenkool en bovendien was zijn intelligentie ver beneden verwachting. Maar vroom als ze was, trouwde ze met hem. Toen gebeurde het ene wonder na het andere. Eenvoudigweg door het bijeenrapen van brokstukken goud, die Kogoro tot dan toe nog niet op waarde had geschat en die overal verspreid lagen in de omgeving van zijn oven, werden ze heel snel rijk.
Prinses Tamatsu werd gezegend door een wonder toen ze een koud bad nam in een nabijgelegen bron. Al haar lelijke vlekken verdwenen. Sindsdien wordt de bron “Kesho no Ido” genoemd, wat schoonheidsbron betekent.
Kogoro werd begiftigd met een hoge intelligentie.
Weldra werden ze zich bewust van hun rijkdom. In het gebied kregen ze de bijnaam “Mananochoja”. Ze werkten samen hard door onder andere handel te drijven en verdienden veel geld.
Hun verantwoordelijkheden kennende nodigden zij de Chinese hogepriester Renjo uit en richtten er de legendarische Uchiyama Renjoji tempel op.
Ze kregen een hele mooie dochter, die op weg naar Nara, om met de koninklijke prins Tachibana no Toyohite te trouwen, schipbreuk leed bij Yamaguchi-ken (Yamaguchi-prefecture).
Zeer bedroefd vroegen ze aan priester Renjo een herdenkingsdienst voor haar te houden op de plaats vanwaar zij was vertrokken.Voor deze gelegenheid werd de Mangetsuji (Volle Maan) tempel gebouwd en talrijke Boeddhafiguren werden uitgehouwen in de nabijgelegen rotsen.
Volgens de legende wees hun dochter vlak voordat ze verdronk, een berg aan waarop ze wilde, dat ter nagedachtenis aan haar een tempel zou worden gebouwd. Dit werd de Hanyaderatempel in Yanai, waar zij ook werd begraven. Ook deze tempel werd door Mananochoja gebouwd.
Momenteel is de 89e generatie in Yamaguchi, die de tempel nog in stand houdt. De opvolgers van Mananochoja heetten ook allemaal Mananochoja en zo werd de bouw van tempels etcetera voortgezet. Ongeveer 100 jaar geleden, in de Meji periode, is de “laatste”(?) Mananochoja naar Nagasaki vertrokken om daar te gaan werken. Sindsdien is er niets meer van hem vernomen.
In de geest van Mananochoja willen wij hun werk voortzetten.